Referentiemodellen in het domein Process – ISO21500

1 Toelichting

De ISO21500-richtlijn, de ‘Guidance on project management’, is gepubliceerd in oktober 2012. Het is volgens de ISO-organisatie de eerste wereldwijd geaccepteerde richtlijn voor projectmanagement. ISO21500 wordt gepresenteerd als informatieve (descriptieve) richtlijn. Het is dus nog geen normatieve richtlijn waarop je gecertificeerd kunt worden. Er wordt wel verwezen naar de laatste uitgaven van de PMBOK Guide en het bijbehorende volwassenheidsmodel OPM3, die volgens ISO dicht tegen de ISO21500 aanliggen en op basis waarvan je een assessment kunt (laten) uitvoeren. De ISO21500-richtlijn is ook expliciet bedoeld als referentie bij het uitvoeren van een audit binnen een organisatie (Zandhuis & Stellingwerf, 2013).

De ISO21500 is zo opgesteld dat de standaard past binnen een set van andere ISO-normen, waaronder: ISO20000 (the international Information Technology Service Management (ITSM) standard), ISO9000:2008 (Standard for Quality Management), ISO10006:2003 (Quality management systems − Guidelines for quality management in projects), ISO31000:2009 (Risk management – Principles and guidelines) en enkele meer sectorspecifieke standaarden in onder meer de luchtvaart en de IT. Dit maakt dat een projectmanager de ISO21500 kan gebruiken samen met standaarden die aan de ISO21500 gerelateerd zijn.

Doel van het publiceren van deze richtlijn is:
1. Het beschrijven van handvatten om goed projectmanagement toe te passen, wereldwijd.
2. Zorgen voor goede onderlinge communicatie, spreken met één taal als het over projectmanagement gaat.

Projectmanagement is volgens ISO21500: ‘…the application of methods, tools, techniques and competences to a project. Project management includes the integration of various phases of the project life cycle. Project management is accomplished through processes’. Een project is volgens ISO21500: ‘…a unique set of processes consisting of coordinated and controlled activities with start and finish dates, undertaken to achieve an objective. Achievement of the project objective requires deliverables conforming to specific requirements, including multiple contraints such as time, cost and resources’.

ISO21500 beschrijft een aantal onderdelen van projectmanagement in de vorm van:
1. Terminologie en definities. In de standaard worden definities gegeven van 16 projectmanagementtermen.
2. Concepten, waaronder competenties. Een projectmanager moet ten minste aan drie competenties voldoen: technische competenties op het gebied van project- management, gedragscompetenties waaronder de vaardigheid om relaties aan te gaan met belangrijke betrokkenen en contextuele vaardigheden, waaronder de vaardigheid het project aan te laten sluiten bij de organisatieomgeving.

De concepten die van belang zijn om te adresseren in een project zijn:
• Project.
• Projectmanagement.
• Organisatiestrategie en projecten.
• Projectomgeving.
• Projectbesturing.
• Projecten en de operatie (in de lijnorganisatie).
• Stakeholders en projectorganisatie.
• Competenties van de projectmedewerkers.
• Projectlevenscyclus.
• Projectrestricties.
• Relatie tussen projectmanagementconcepten en projectmanagementprocessen.

3. Processen. De standaard onderkent 39 processen en deze worden ingedeeld in vijf groepen: initiëren, plannen, implementeren, controleren en afsluiten. Al deze processen maken gebruik van de Deming-cirkel (Plan–Do-Check-Act). De 39 processen zijn ook verdeeld in tien ‘subject groups’: integratie, stakeholder, scope, (hulp) middelen (resources), tijd, kosten, risico, kwaliteit, aankoop en communicatie.

2 Weging

ISO21500 – gebruik

Figuur 1 ISO21500 gebruik

3 Reflectie

ISO21500 wordt wereldwijd toegepast. Naast PRINCE2 en de PMBOK Guide is het de derde van de grote drie projectmanagementmethoden. De ISO-standaard zoals die in zijn huidige vorm is uitgegeven, is een van de later ontwikkelde standaarden voor projectmanagement. Het cumuleert eerdere ervaringen vanuit het werkveld en is vooral informatief. In de analyse zie je dat terug: een aantal van de aspecten op gebruik en inhoud zijn nog wat minder sterk ontwikkeld in verhouding tot de andere

ISO21500 – inhoud

Figuur 2 ISO21500 inhoud

twee wereldstandaarden. Wat ISO vooral toevoegt is het creëren van een wereldwijde gemeenschappelijke taal als het over projectmanagement gaat. Dat is te zien aan het aspect werkwijze, dat een zeer goede onderbouwing laat zien van de totstandkoming van ISO21500 en dat ook de rollen duidelijk beschrijft. De achtergrond voor ISO21500 vanuit inhoudelijke of wetenschappelijke disciplines zijn echter niet duidelijk beschreven. Op het gebied van beheer & exploitatie zijn de scores ook laag. Er is geen duidelijke gebruikersgroep voor practitioners waarin bijvoorbeeld ervaringen worden gedeeld, en er is geen certificering mogelijk. Daar is ISO21500 ook niet geschikt voor, gegeven de status van ‘informatief’. Door deze opzet is ISO21500 wel goed bruikbaar en scoort het hoog op de bruikbaarheid naast andere frameworks, standaarden, instrumenten en methoden binnen een organisatie.

Inhoudelijk is ISO21500 sterk op enkele aspecten, met name de relatie met de organisatie, de relatie met portfoliomanagement en andere projecten en voor een deel ook op het gebied van projectorganisatie en –management. Hoewel ISO21500 graag de communicatie over projectmanagement wil ondersteunen, is in de beschrijving weinig aanvullende informatie te vinden over hoe je binnen of vanuit je project kunt communiceren. Over het aspect verandermanagement liepen de meningen tijdens de analyse wat uiteen. ISO21500 spreekt wel over bijvoorbeeld implementeren van projectresultaten en benefitsmanagement, maar doet dit minder overtuigend in vergelijking met andere projectmanagementmethoden.

ISO21500 is een interessante aanvulling op de projectmanagementmethoden vanwege de inhoudelijke relatie met andere ISO-standaarden. Kwaliteitsmanagement en risicomanagement zijn als het ware onder handbereik. Daarnaast kent de ISO-familie ook een aantal sector-specifieke normen die niet in de aanpak rondom de PMBOK Guide en PRINCE2 bekend zijn. Wat het voor projectmanagers wel lastig maakt, is dat iedere ISO-norm apart is beschreven en dat de ISO-normen ieder een eigen

ontwikkelsnelheid hebben en in eigen tempo naar elkaar toegroeien. De normen blijven veranderen en het is moeilijk om het overzicht op het totaal aan richtlijnen te behouden. In evaluaties wordt nog beperkt gerefereerd aan ISO21500, omdat er geen certificering voor bestaat. ISO21500 geeft dus zeker houvast bij het uitvoeren van evaluaties, maar is inhoudelijk veel minder gedetailleerd beschreven dan PRINCE2 en de PMBOK Guide. ISO21500 leent zich dan ook wat minder om als basis te dienen voor een verdere operationalisatie om vervolgens een project grondig te evalueren. Pas door ook andere ISO-normen te betrekken is een brede evaluatie mogelijk. Zoek je als evaluator echter een aantal belangrijke aandachtspunten op het gebied van projectmanagement om mee te nemen in een referentiemodel voor een evaluatie, dan is ISO21500 een prima basis om een project te toetsen of te evalueren.

 

Wouter Bronsgeest

The post Referentiemodellen in het domein Process – ISO21500 appeared first on EN | Van Haren Publishing.

Subscribe and receive the ebook: Global Standards and Publications - Edition 2020/2021